Malediven, Fihalhohi April, Mei 2002.

Daar staan we dan in alle vroegte te wachten op de Schipholtaxi. Vijf koffers, vijf mensen. Vader, Moeder, beide zoons en dochter. De mannen gaan duiken en de vrouwen snorkelen en zonnen. Het begon allemaal nadat de jongste zoon in 2000 een tweetal introductieduiken had gedaan op Bali. Het jaar erop gingen beide zoons een week Zeeland. In die week hebben ze hun PADI open water gehaald. En als je eenmaal een brevet hebt wil je hem natuurlijk ook gebruiken. Maar omdat ze beide nog junior zijn mogen ze niet alleen. Dus Pa moest ook aan het duiken. Begin 2002 stond Pa dan ook bij New Atlantis in de Wilhelminastraat om het PADI open water theorieboek op te halen en de afspraken te maken voor de eerste zwembadduiken. Zodat ook Pa met PADI open water brevet op zak kan vertrekken naar de Malediven.

We gaan naar het eilandje Fihalhohi in het Zuid-Male Atol. Het eiland is 200 meter bij 400 meter en is in 10 minuten te omlopen. Op het eiland is alleen het resort. Een verzameling bungalows plus de benodigde faciliteiten. We zijn nog geen half uur op het eiland of we liggen al in het water. Het strand is 20 meter van onze bungalow. Vanaf het strand is het een 20 á 30 meter door het water en je hangt boven het huisrif. Prachtig, ineens heb je dertig meter water onder je. De eerste twee dagen vermaken we ons met snorkelen. De derde dag is het tijd om te gaan duiken. Op naar de duikschool. Onze eerste duik is de checkdive. Nadat we voorzien zijn van duikspullen wordt alles op de kar geladen. Op naar het strand, spullen aan en onder water( had wel een kilo extra lood nodig). Na de verplichte oefeningen, bril af, bril op, automaat uit de mond en automaat weer in de mond gaan we voor onze eerste duik in het tropische water ( gemiddeld 29 graden). Prachtig. Veel vis, veel koraal. Koraalduivels, vlindervissen, murenes, soldaatvissen, schildpad. We duiken op 15 meter, maximale diepte voor beide zoons) langs het rif en gaan op 10 meter terug. Op de terugweg krijgen we gezelschap van een Pilotfish.

Huisrif Huisrif Huisrif

Twee dagen later maken we weer een duik op het huisrif. Zelfde ritueel. Spullen in ontvangst nemen, op de kar en naar het strand. Het water in en weer afzakken naar 15 meter. Opeens getik op een fles. Het blijkt de instructeur te zijn. De oudste heeft problemen met zijn bril. Er zit allemaal groene drap in zijn bril. Hoe hij zijn best ook doet de groene drap wil er niet uit. De instructeur besluit de duik af te breken. Samen gaan we naar boven. Boven blijkt de groene drap rood te zijn. De oudste heeft een bloedneus. Hij gaat uit het water en wordt door een ander lid van de duikschool op het strand opgevangen. De jongste, de instructeur en ik gaan als nog weer naar beneden. We volgen ongeveer dezelfde route als gisteren.

Nu we het gevoel hebben dat we een beetje zijn gewend gaan we onze eerste bootduik maken. De oudste gaat niet mee. Hij had vanochtend tijdens het ontbijt weer een bloedneus. Ook de jongste was bijna thuis gebleven. Hij heeft wat teveel gesnorkeld zonder t-shirt. Zijn hele rug is verbrand. Het aantrekken van zijn shorty is dan ook geen pretje. We gaan met de boot naar Enderi Giri. Een tochtje van twintig minuten. Tijdens de tocht geeft een van de instructeurs een briefing van de duikplek. Ad.h.v een kaart worden de wetenswaardigheden van de plek verteld. Welke vis zit er, hoe ziet de plek er uit en wat is de stroming. Het is een steile rif van dertig meter. We maken een heen en weer beweging langs het rif. Maximale diepte vijftien meter. Dit keer zien we heel veel anemoonvissen en een schilpad. Aan het einde van de duik( 50 bar) houden we op vijf meter een veiligheidstop van vijf minuten. Voor we beginnen met de veiligheidstop laten we een boei naar boven. Zo weet de boot waar we zitten en kan alvast onze kant opkomen om ons op te pikken. Voor andere boten een teken dat er duikers dicht onder het wateroppervlakte zitten. Terug reis met de boot gaat voor mij wat minder voorspoedig. Halverwege de tocht hang ik over de reling. Waarschijnlijk iets te veel gegeten tussen de middag. Een goede les voor de rest van de vakantie. Na de eerste bootduik volgen er nog meer. De eerste week hebben we om de dag gedoken en de tweede week elke dag. Tijdens een van de duiken bleek hoe belangrijk het is dat je weet wat je aan het doen bent. We waren weer met de boot weg. Dit keer naar Ram Faru Tulu. Ook dit keer weer een prachtige duik. We zien duizenden superneon terta’s, een pijlstaartrog en veel scholen met blauwgele soldaten vissen. Terwijl ik kijk naar een schilpad die ons tegemoet komt pakt iemand mij octopus. De oudste zit zonder lucht. Zijn meter geeft 50 bar aan maar de fles is leeg. De instructeur heeft snel door wat er aan de hand is. Hij controleert nog even of de fles echt leeg is. Nou die is echt leeg. Dus we gaan naar boven. De oudste gaat nu bij de instructeur aan de fles. Er is geen moment sprake geweest van paniek.

De laatste duikdag maken we twee duiken. De ochtend maken we een stromingduik bij Cocoa Corner. Geweldig. Voor we te water gaan nog even de gebruikelijk briefing. Dit keer aangevuld met een aantal tips om minimaal last te hebben van de stroming. Dicht bij het rif blijven. Door de onevenheden is dicht bij het rif de stroming het zwakste. We springen aan de binnenkant van het atol te water. Nooit geweten dat ik zo snel kon zwemmen. Zonder te bewegen schieten we door het water het atol uit. We komen langs veel overhangen met daarin heel veel vis. We vangen zelfs nog een glimp op van een Napoleonvis. De middag hebben we onze laatste duik. Olhuvelikuda Giri. Een onderwaterkoraal eiland. We maken een volledige ronde om de Giri. De boot blijft dit keer op zijn plek liggen. We beginnen op een plek vol met zwart hersenskoraal. In vijftig minuten hebben we het rondje gemaakt. Ook dit keer weer veel vis.

We hebben deze vakantie acht duiken gemaakt. Veel gezien en veel ervaring opgedaan. Het duikvirus heeft zich nog meer meester van ons gemaakt. De volgende duikvakantie is dan ook al weer geboekt. Dit keer de Rode zee. Port Safaga in Egypte. Hier hopen we ook weer veel te zien en vooral veel ervaring op te doen.